Geschiedenis van Edegem

In 1173 wordt Edegem voor het eerst in een oorkonde vermeld onder de naam Buizeghem. De oorkonde in kwestie gaat over de eerste kerk van Edegem, de Buizegemkerk.

Circa 1300 wordt de kerk voor de eredienst opgegeven en wordt op het gehucht (!) Edegem een nieuwe kerk gebouwd. Een nieuw parochie- en dorpscentrum is geboren. Later ontstaat over deze gebeurtenis de alombekende sage van het “Meneerke van Buizegem”. Nu nog vinden elk jaar, vanaf 30 april, de “Meneerke van Buizegem”-feesten plaats.

Het dorp groeit en in 1387 komt Edegem onder het administratieve en gerechtelijk bewind van de heer Van Cantecroy in Mortsel.

Tussen 1500 en 1830 krijgt Edegem, net zoals de andere dorpen in de regio, af te rekenen met periodes van afwisselende oorlog en vrede. Het is de tijd van de verbrande steden, de wolvenplaag en de pest. Ook ons dorp werd door de belegerende Spanjaarden in brand gestoken, maar dankzij enkele achtergebleven inwoners bleef de schade beperkt.

Tijdens de opstand in 1830 wordt het Edegemse Molenveld dan weer het toneel van hevige artilleriegevechten tussen Belgische vrijwilligers en de Hollandse troepen.  

Ondanks alle geweld is het in deze periode dat de oudste vereniging van Edegem onstaat: de Koninklijke Handbooggilde Sint-Sebastiaan. Opgericht in 1512 (maar vermoedelijk al eerder), had deze gilde een louter recreatieve functie. Ook nu organiseert de vereniging nog regelmatig schietingen.

De rest van de 19de eeuw brengt weinig verandering in het rustige boerendorp dat Edegem ondertussen is geworden. Edegem bestaat uit slechts een handvol straten rond de Sint-Antoniuskerk en enkele “huizen van plaisantie" (buitenverblijven voor rijke burgers), zoals het Arendsnest, de Hazeschrans en het dorpskasteel Hof ter Linden. Het bekendste van deze huizen is zonder meer kasteel Mussenburg. Hier creëerde schrijfster en bewoonster Marie Gevers de figuur Guldentop, die zich in de woelige Franse tijd in het kasteel zou hebben schuilgehouden en er in donkere nachten nog geregeld zijn verborgen schat gaat bezoeken.

Met de oprichting van de grot in 1884 in de Hovestraat krijgt Edegem de titel van grotgemeente en heel wat bedevaarders over de vloer. Tegen de jaren ’60 van de 20ste eeuw staat de Hovestraat geregeld vol bussen en schieten de drank- en eetgelegenheden als paddenstoelen uit de grond. 

Vanaf het begin van de 20ste eeuw kent Edegem een exponentiële groei, met de bouw van de  Elsdonkwijk Garden City en enkele landelijke leien richting Kontich. Later brengen de verkavelingen Molenveld en Buizegem de grootste stroom inwijkelingen met zich mee. Op 100 jaar tijd stijgt het aantal inwoners van Edegem van nog geen 1 000 tot 7 000. In 1972 wordt de 20 000ste inwoner ingeschreven. Vandaag de dag telt Edegem ruim 22 000 inwoners.

Naar top